Vlak naast Le Havre, in Normandië, vind je het stadje Sainte-Adresse. Een pittoreske gemeente met een bijzondere betekenis voor ons, Belgen. Hoewel ik tijdens de geschiedenislessen toch vrij goed opgelet had, was het me volledig ontgaan dat deze gemeente de verblijfplaats was van de Belgische regering tijdens de Eerste Wereldoorlog. Wist jij het? Saint-Adresse is in elk geval een must visit als je van een weekendje weg in Normandië geniet.
Als je in Sainte-Adresse rondwandelt, is het vrij snel duidelijk dat België er nog steeds vrij aanwezig is: een laan die genoemd is naar Koning Albert I, een standbeeld van dezelfde koning, een Belgische brievenbus en hier en daar zelfs de Belgische vlag fier naast de Franse vlag.
Na Etretat en Le Havre neem ik je vandaag graag mee naar de bezienswaardigheden van Sainte-Adresse.
Nice Havrais
Laat ik maar beginnen met dit gebouw, Nice Havrais, in Sainte-Adresse dat voor de Belgen toch echt wel een stukje geschiedenis is. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vluchtte de Belgische regering naar dit gebouw in Frankrijk. Koning Albert I bleef dapper bij de soldaten aan de frontlinie. Of zo herinner ik het me toch uit de geschiedenislessen. Ik zie nog een afbeelding voor me met koningin Elisabeth als verpleegster.
Maar goed, de Belgische regering zat dus in Nice Havrais. Ze waren niet de enigen die dit gebouw als toevluchtsoord gebruikten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was dit een van de zetels van de Amerikanen. Een bordje op het gebouw herinnert aan beide feiten.
De Belgische brievenbus van Sainte-Adresse
Voor Nice Havrais, een beetje links voor de voordeur, staat een rode brievenbus van de Posterijen. Je kan er nog steeds brieven in posten.
Standbeeld België-Frankrijk
Niet ver van Nice Havrais, vind je een groot standbeeld. De twee dames staan voor België en Frankrijk. België is links afgebeeld. Het standbeeld is een geschenk van de Belgische regering aan Frankrijk als dankbaarheid voor de ontvangst in Sainte-Adresse.
Fin du monde
Bij het einde van de wereld, denk ik altijd meteen aan Fin del Mundo in Ushuaia. In Frankrijk en dus vooral in Sainte-Adresse pakken ze dus ook uit met fin du monde. Omdat de rotsblokken regelmatig naar beneden komen, kan je niet helemaal tot het einde van de wereld wandelen maar bijna op het einde zit een gezellige beach bar en je kan heel de promenade van tot aan de haven van Le Havre langs het water afwandelen.
Notre Dame des Flots
De kerk Notre Dame des Flots is eerder een kapel die vrij toegankelijk is. Binnenin zie je heel wat dankbetuigingen. Kijk ook eens naar plafond waar je een hangend schip ziet. Rond de kapel is het genieten van de stilte in Le Jardin des Poets. Je hebt er een mooi uitzicht over de stad.
Pain de sucre
Pain de sucre is een opvallend kunstwerk, ter herdenking van generaal Lefebvre-Desnouëttes die in zee verdween. Het beeld is al van ver te zien. Zijn weduwe wou dat de zeelieden het monument zouden kunnen zien. De bijnaam laten zich raden ;-)
Vlakbij staat een Nordic huis. Dit was deel van een tentoonstelling uit 1900. Ik had het bijna gekocht *inside joke.
Chateau de Gadelles
Dit kasteel ligt op de grens tussen Le Havre en Sainte-Adresse. Het bijzondere gebouw kan niet bezocht worden. De architect Gustav Eiffel, ook gekend van een torentje in Parijs – wink wink – ontwierp delen van het dak.
De Franse havenstad Le Havre kent een bewogen geschiedenis. Het is een jonge stad die gesticht is om een haven te creëren. Le Havre staat ook voor ‘De Haven’. Tijdens de Tweede Wereldoorlog is de stad hevig gebombardeerd. De architect Perret hielp de stad herrijzen. Het centrum van Le Havre staat sinds 2005 op de lijst met UNESCO-werelderfgoed en dit dankzij de bijzondere architectuur. Het is slechts het tweede gereconstrueerde stadscentrum dat deze eer te beurt viel.
De stad is op verschillende niveaus gebouwd. Ze hebben de tijd niet genomen om de ruines en het bouwafval na de bombardementen op te ruimen. Er zijn slechts een handvol art deco gebouwen bewaard gebleven in Le Havre.
Le Havre ligt op 3,5u rijden van Oostende en is prima te combineren met andere plaatsen in Normandië. Zelf deed ik de combinatie Etretat-Le Havre.
Tabula Rasa in Le Havre
De herdenkingen rond de bevrijding van Normandië ligt nog vers in ons geheugen. Parijs was dan wel al bevrijd maar de 10.000 in Le Havre gestationeerde Duitse soldaten hielden stand. In de nacht van 6 op 7 september hield de RAF zware luchtbombardementen. De duizenden bommen zorgden voor ongeziene vernieling. Ook 2000 burgers sterven bij deze aanval. Hoewel het de bedoeling was enkel de haven te bombarderen bleef van de stad niet veel meer over. Zo’n 150 ha werd gewoon weggeveegd en je kon van aan het station de zee, zo’n 2 km verderop, zien.
Architect Perret
De architect die verantwoordelijk is voor hoe Le Havre er vandaag uitziet is August Perret, een belangrijke avant-gardistische architect, die geboren is in België en opgroeide in Parijs. Hij koos vooral voor beton. Beton was destijds minder gekend voor woningbouw. Detail: Perret had nooit zijn studies architectuur beëindigd.
August Perret wou geen bomen. De bomen in de stad zijn pas na zijn dood geplant. Hij vond dat bomen de structuur van de stad verstopten. Hij was visionair en wou de stad op 6 meter hoogte zetten en eronder garages voorzien, wat me meteen aan Almere deed denken.
Back to the fifties
In Le Havre kan je op bezoek in een authentiek appartement uit de jaren ’50. L’appartement témoin, St Jo, 7ème toont je hoe het leven net na de oorlog in de heropgebouwde stad was. Het is een beetje zoals op bezoek gaan bij je grootouders.
De heropbouw van Le Havre begon in 1946 en zou lange tijd duren. Dankzij het beton kunnen ze snel bouwen. Dat was ook nodig want honderden gezinnen waren dakloos na de bombardementen. Van de eerste 4 gebouwen wordt de eerste sleutel in 1950 gegeven. Typisch voor Perret is de betonnen paal die in het appartement te zien is. Om de 6m24 staat zo’n paal. Het skelet van het gebouw is als het ware zichtbaar.
Voor de oorlog had amper 5% van de inwoners van Le Havre een badkamer + toilet. De nieuwe appartementen waren voor iedereen gelijk qua oppervlakte. Ook nieuw voor vele inwoners was dat ze voortaan een aparte kinderkamer en eetkamer hadden. Voorheen was keuken centrale plek in huis. De appartementsgebouwen zijn aangesloten op stadsverwarming.
Stadhuis Hotel de Ville
Ook het stadhuis is van de hand van Perret. De Franse architect tekende maar liefst 20 plannen vooraleer het stadsbestuur akkoord ging met zijn ontwerp. In het stadhuis kan je, op aanvraag, de 65 meter hoge toren beklimmen die je een mooi zicht geeft over de stad. De lift brengt je 17 verdiepingen hoog. Wie de trap wil nemen zal 450 tredes moeten trotseren.
Zicht op Le Havre
Vanop de toren van het stadhuis kan je le Pont du Normandie zien. Deze brug is de langste in zijn soort. Enkel in Japan vind je sinds 1999 een langere tuibrug.
Als je goed kijkt, kan je ook het voetbalstadion van Le Havre zien. Wist je dat Le Havre de oudste voetbalploeg van Frankrijk is? De clus werd in de 19e eeuw gesticht door de Engelsen. Het blauwe voetbalstadion draait volledig op zonne-energie en heeft 25.000 plaatsen. De meeuwen dachten dat het blauwe dak de zee was en doken/pikten op het dak.
De Champs Elysée van Le Havre
Je ziet ook een brede, groene laan die tot aan de zee loopt. Dit is de Avenue Foch, een kopie van de Champs Elysée van Parijs, maar dan 10 meter langer. Iets waar de inwoners van Le Havre heel fier op zijn. De tram rijdt hier ook.
St. Joseph kerk
In Le Havre zie je 2 opvallende torens: de toren van het stadhuis en de hoge toren van de St. Jozefkerk. In de toren zijn glasramen ingewerkt. Als de zon hier door schijnt geeft dit een extra effect. In de kerk zelf vind je weinig religieuze symbolen, op een paar beelden na die ze uit de oude kerk konden redden. Jozef is de patroonheilige van de schipbouwers. Vlakbij was vroeger een scheepswerf.
St. Vincent kerk
Een andere bijzondere kerk vind je vlakbij de zee: de St. Vincentkerk. Deze kerk dateert uit de 19e eeuw en op de kerk zie je de slogan ‘Egalité, Fraternité, Liberté’ staan, het motto van revolutie.
De haven van Le Havre
Le Havre is dus gesticht om er een haven te bouwen. Ook vandaag is de haven van Le Havre een belangrijke trekker voor de regio. Het is de vijfde haven van Europa voor containers en de eerste van Frankrijk. Voor petroleum is het de tweede haven van Frankrijk. Jaarlijks verwerkt de haven bijna 3 miljoen containers. Er zijn ook dagelijkse afvaarten naar Groot-Brittanië.
De haven staat ook in voor de elektriciteit van heel Normandië en Iles de France. De manier waarop is wel niet zo milieuvriendelijk. Er wordt steenkool getransporteerd uit de VS. In Le Havre zorgen elektriciteitscentrales dan voor de productie van elektriciteit uit die steenkool.
MUMA, musée d’art moderne
Aan de haven van Le Havre vind je het museum voor moderne kunst, het MUMA. Het museum is een van de belangrijkste musea van impressionisme in Frankrijk. Ze bezitten onder meer veel werken van Eugène Boudin, een kunstenaar die in 1824 geboren werd in Honfleur.
Sinds de uitvinding van de verftubes konden schilders ook op locatie schilderen. Voorheen moest de schilder de verf zelf maken en waren ze vooral aan hun atelier gebonden. Door op locatie te gaan schilderen, ontdekte Boudin dat het licht een groot effect had op de kleuren, iets wat ook in zijn werken terugkomt. Het is helaas pas na zijn dood dat de interesse in zijn werk groeit. Boudin schilderde vaak reeksen waarbij hij telkens het licht liet spelen. De werken zijn echter verspreid over de wereld.
Ondanks de vernielingen tijdens de Tweede Wereldoorlog, kan je toch kunstwerken van voor 1940 in het MUMA vinden. Omdat er tijdens de Eerste Wereldoorlog al zwaar gebombardeerd was, besloten ze de kunstwerken alvast in veiligheid te brengen. De schilderijen konden ze zo redden. De beelden die ze onder de constructie van de trap bewaarden gingen helaas verloren.
Na de oorlog ging de aandacht in eerste instantie naar het heropbouwen van woonblokken en al snel wilden ze ook het museum heropbouwen. Ze kozen voor een locatie vlak aan de haven zodat het museum het eerste was wat de mensen die tussen Le Havre en New York reisden, zagen.
Ook vanuit het museum is het bijzonder om zicht op het water te hebben. Met de zon die op de golven speelt, heb je er als het ware een extra, bewegend schilderij bij.
In het museum vind je ook werken van Monet, Manet, Pissarro en schilderijen uit de 16e en 17e eeuw.
Portret van Nini Lopez door Auguste Renoir. Is een beetje de Mona Lisa van MUMA.
Neo-impressionisme/pointilisme Schilderij van Henri-Edmond Cross, Plage de la Vignasse.
Dufy au Havre
Raoul DUFY: tijdelijke tentoonstelling tot 3 november 2019.
Van zijn werken uit zijn Fauvisme-periode ben ik niet echt fan. Het lijken schilderijtjes zoals ik als kleuter maakte. Zijn latere werken kan ik meer appreciëren.
Cézannisme: Pêcheurs de crevettes au haveneau (1930-1935)
Daarna eigen stijl. L’Estacade et la Plage du Havre (1926)
De Vulkaan
Een van de opmerkelijkste gebouwen in Le Havre is het cultureel centrum en de bibliotheek. Officieel kreeg het gebouw de naam De Vulkaan maar ik kan me zelf meer vinden in de bijnaam de yoghurtpot. Zelf deed het me meteen denken aan een nucleaire centrale.
Het ontwerp komt van de Braziliaanse architect Oscar Niemeyer en ook zijn andere creaties liggen in dezelfde lijn. De bibliotheek is vrij toegankelijk, het cultureel centrum enkel bij voorstellingen.
Les jardins suspendus
Tuinliefhebbers zetten zeker ook Le Fort de Saint-Adresse op hun lijstje. De naam is misleidend want het fort ligt net buiten Saint-Adresse.
Le Fort de Saint-Adresse heeft slechts 1 keer als fort dienst gedaan. Het fort is gebouwd door Russische krijgsgevangenen van de Krimoorlog en men ontdekte al snel dat het gebouw eigenlijk te dicht bij de stad lag om zijn functie van verdediging goed te kunnen uitvoeren.
Het fort kreeg een herbestemming als culturele en florale trekpleister. Je ontdekt er bijvoorbeeld een fresco van Arthur Lenne in La Poudrière, de plek waar het poeder voor de kanonnen bewaard werd.
In Les Jardins Suspendus vind je flora van over de hele wereld. Zoek tussen de honderden bomen eens naar de Wollemia nobilis! Er zijn er maar 5 van in Frankrijk waarvan er 2 in Les Jardins Suspendus staan. Deze boom komt oorspronkelijk uit Australië.
Naast het vrij toegankelijke park, zijn er ook een paar serres met exotische planten en bomen. Toegang tot de serres kost 2 euro.
Ook voor muziekliefhebbers heeft Les Jardins Suspendus wat te bieden. Elk jaar in juli is er een festival met wereldmuziek. Er zijn 3 podia en het festival duurt 5 dagen.
Zoek Jaze
Fan van streetart? Doorheen Le Havre kan je 30 figuurtjes ‘Jaze’ vinden. De eerste die alle 30 figuurtjes vond, kreeg een kunstwerk van de artiest.
Un été au Havre (zomer 2019)
Wie deze zomer naar Le Havre trekt, kan bij de toeristische dienst (en ook bij de meeste hotels en toeristische bezienswaardigheden) een plannetje en een infogids over het kunstenfestival Un été au Havre afhalen.
BuitenkantBinnenkant
De 18 werken staan verspreid over de stad opgesteld. In Les Jardins Suspendus zag ik deze indrukwekkende boom die uit papier maché en echte takken gemaakt is. Bij ‘Fin du Monde’ zie je een beeld van een vader met zijn kind op zijn schouders.
Ook de witte blokken op het strand, de kleurrijke strandcabines en de felgekleurde containers maken deel uit van dit kunstevenement. Alle info vind je op Un Eté au Havre.
Wie Etretat zegt, zegt de beroemde falaises. De witte krijtrotsen met de bekende olifantenslurf zullen vast het meest gefotografeerde plekje van de badplaats zijn. We zochten de beste uitkijkpunten en de andere troeven van Etretat.
Ik was als kind al in Etretat geweest. Herinneringen vervagen, zo bleek nog maar eens tijdens deze reis. Wat ik me herinnerde, kwam grotendeels door de foto’s die ik nog niet zo lang geleden teruggevonden had. Van het dorpje herinnerde ik me niets maar ik wist wel nog dat we bij de rotsen in het water naar zeedieren hadden zitten zoeken en dat we in een grot geweest waren. Die grot heb ik niet teruggevonden. De rechthoekige kuipen op het strand zag ik bij laagwater wel terug.
Vissersdorp
Etretat was oorspronkelijk een echt vissersdorp. Het is pas toen de eerste treinen er stopten dat Etretat vooral toeristisch werd. Het dorp was populair bij de Parisiens en dan vooral de artistieke wereld. Maar liefst 30% waren kunstenaars (schrijvers, schilders,…).
De vissers wilden graag een graantje meepikken van het toerisme en verhuurden hun huisjes aan deze toeristen. Je ziet in Etretat goed het verschil tussen voor en na. De visserhuisjes hebben ramen weg van de zee want de zee was werk. De villa’s kregen zicht op zee.
We starten onze wandeling aan het gemeentehuis. Van hieruit vertrekken we richting zee en passeren aan de linkerkant een grote overdekte markt met houten kraampjes. Deze oude markt dateert van 1926.
Wat verderop zien we aan de rechterkant Le Manoir de la Salamandre, een gebouw uit de 14e eeuw dat oorspronkelijk in Lisieux stond. Eind 19e eeuw haalden ze het gebouw uit elkaar. Enkele jaren later liet architect Emile Mauge het op de huidige plek weer op te bouwen. We bevinden ons hier trouwens in een interessant stuk Etretat: in de straat zien we 3 verschillende bouwstijlen: baksteen, neo-normandisch en hout.
Via de Rue Abbé Cochet wandelden we verder en vervolgden onze weg omhoog via de Rue Jules Gerbeau. Tip: kijk tijdens de beklimming ook eens achterom voor een mooi zicht op de stad en, wat verder, op de bekende rotsformaties.
Tip van de gids: het beste ijssalon van Etretat is volgens onze gids Le Glacier d’Etretat. Het is het enige ijssalon waar ze artisanaal ijs verkopen. Het tiramisu-ijs was in elk geval erg lekker.
De Tuinen van Etretat – Les Jardins d’Etretat
Volg de wegwijzers naar Les Jardins d’Etretat. Het is een stevige klim maar zeker de moeite waard. Wil je niet klimmen, is het toeristisch treintje de enige mogelijkheid om de tuinen te bereiken. Auto’s zijn hier niet toegelaten.
Les Jardins d’Etretat opende in 2005. De landschapsarchitecten tekenden een ontwerp, geïnspireerd op de tuinen van Versailles. In de tuin ontdek je kunstwerken in alle hoeken.
Een van de meest opvallende zijn deze hoofden met gezichtsuitdrukking. Dit werk van Samuel Salcedo heet ‘Raindrops’ of ‘Regendruppels’. Kan jij van elk beeld raden voor welke emotie het staat?
Het werk “La vue” van Beatrice Bizot toont een koppel op een structuur in brons. Wat verderop staat ook een Muziekboom die je kan opwinden zoals een muziekmobiel.
Het beeld, L’été van Gevorg Tadevosyan, draait om het wisselen van het ritme in een levenscyclus, uitgebeeld door de 2 figuren die in tegenovergestelde richting bewegen.
Uiteraard mag ook de impressionistische schilder Monet die de befaamde falaises schildert niet ontbreken. Volgens de kunstenaars is het licht in het Seine-estuarium bijzonder. Eerlijk? Ik zag niets anders aan het licht en de lucht dan in Oostende. Maar zei Ensor ook niet dat het licht en de kleuren van de zee in Oostende uniek waren?
L’Oiseau Blanc
Naast Les Jardins d’Etretat liggen nog 2 speciale bezienswaardigheden: een kapel en een betonnen vliegtuig.
De kapel Notre Dame de la garde was tijdje te koop tot de overheid besloot de kapel te kopen. In de 19e eeuw bouwden zeelieden deze kapel. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de kapel vernield maar later werd de kapel opnieuw opgebouwd, op exact dezelfde plek. De kapel is binnenin niet te bezoeken.
Het betonnen vliegtuig, L’Oiseau Blanc is een herdenkingsmonument voor de 2 Franse piloten Nungesser en Coli die in 1927 als eersten een trans-Atlantische vlucht probeerden maken. Hun vliegtuig is nog boven Etretat en later ook boven Ierland gezien maar daarna mysterieus verdwenen. 2 weken na hun mislukte poging zou Charles Lindbergh er in andere richting wel in slagen om van New York naar Parijs te vliegen.
Le Clos Lupin – Maison Maurice Leblanc
De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik nog nooit van de Franse schrijver Maurice Leblanc en zijn personage Arsène Lupin gehoord had. Ik was eerst niet echt overtuigd om de audiotour in Maison Maurice Leblanc in Etretat te volgen. Maar de stem van Arsène Lupin nam me onmiddellijk mee en omdat ze de boeken in het winkeltje helaas niet in het Engels of Nederlands hadden, bestelde ik bij thuiskomst meteen dit boek in het Engels en deze in het Nederlands.
Etretat, praktisch
Etretat ligt op 3,5u rijden van Oostende. De auto is de gemakkelijkste optie. Zeker als je ter plekke ook nog wat andere bezienswaardigheden in de buurt wil bezoeken of je verblijf, zoals ik deed, in Le Havre, wil verlengen. Let op: in Frankrijk zijn er tolwegen. Je kan er het makkelijkst met een kredietkaart betalen. Ook cash is overal een optie. Met je gewone bankkaart (enkel deze met ‘maestro’-logo) zal je niet overal kunnen betalen.
De trein is ook een optie. Je kan met de Thalys naar Parijs en van daaruit verder sporen naar Breaute-Beauzeville. De laatste 20 km naar Etretat kan je per bus afleggen of je kan de hele weg per bus afleggen.
Charmelogies Le Donjon – Domaine St. Clair
Overnachten deed ik in Le Donjon. Le Donjon – Domaine St. Clair is een supercharmant klein 19e-eeuws Anglo-Normandisch kasteel. Het hotel-restaurant bevindt zich op amper 500 meter van het strand van Etretat.
Doordat het hotel zich op een heuvel bevindt, heb je een prachtig zicht over het voormalige visserdorpje en vanuit bepaalde kamers heb je zelfs zicht op de falaises of de witte krijtrotsen. Het hotel heeft ook een verwarmd buitenzwembad.
Ik sliep in de Anna de Noailles-kamer, een van hun ‘chambres Club’. Vanuit het bubbelbad in de badkamer had ik zicht op de ondergaande zon. Ook uniek: het toilet bevond zich in het torenkamertje van het kasteel. Pluspunt vond ik de luxueuze badproducten van Nuxe, toevallig een van mijn favoriete merken voor verzorgingsproducten.
Chef Gabin Bouget verrast en verwent de gasten met een culinair diner om waarlijk de vingers bij af te likken en dit in een verrassend decor. Van woensdag tot zondag kan je reserveren voor het diner. Tijdens het weekend kan je er ook lunchen. Reserveren is een must. De chef werkt met een vaste menu (de ervaring leert me dat dit vaak een garantie is op superverse en overheerlijke gerechten) maar aanpassingen i.v.m. dieetvereisten zijn mogelijk. Informeer best op voorhand.
Het gastronomische diner is zeker een aanrader. Laat ik het hoofdgerecht als voorbeeld nemen: wijting met een trio van citroenhummus. Nieuwsgierig als ik ben, proefde ik eerst de verschillende citroenbereidingen. Ja, ik trok eerst een zuur gezicht. Maar dan gebeurt het magische: als je de citroenhummus samen met de vis proeft, dan weet je dat de chef de foodpairing tot in de puntjes verzorgd. Ook de herinnering aan het dessert, meringue met aardbeien, doet me het water weer in de mond lopen. Ja, een adresje waar ik zeker en graag nog eens terugkeer!
Leuk om weten: je kan ook een picknickmand van de chef bestellen. Dit moet je dan wel een dag op voorhand bestellen. Lijkt me leuk om mee te nemen en dan op de krijtrotsen van Etretat te picknicken.
De falaises van Etretat
De witte krijtrotsen van Etretat, en dan vooral de olifantenslurf die je kan herkennen, zijn zowat de publiekstrekker van Etretat. De rotsen rijzen zo’n 55 meter boven de zeespiegel uit. Goed om weten: er vallen regelmatig brokstukken naar beneden. Let dus goed op dat je op de paadjes blijft!
Lees ook mijn tips voor een weekendje in Le Havre en ontdek Saint-Adresse waar de Belgische regering zetelde tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Het grootste aquarium van Europa ligt net over de Franse grens, in Boulogne-sur-Mer. Het was waarschijnlijk zo’n 20 jaar geleden dat ik in Nausicaa geweest was. Deze keer bezochten we enkel het nieuwe gedeelte dat vorig jaar opende en kregen we een rondleiding achter de schermen.
Je moet weten, als jobstudent – en ook de eerste jaren nadat ik afstudeerde – werkte ik als edutainer en aquariste in Sea Life. Rondlopen tussen aquaria was dagelijkse kost voor mij. Het grote bassin waar ik voor onderhoud tussen haaien, tientallen tropische vissen en een tandbaars dook, had een inhoud van 180.000 liter water en was vrij indrukwekkend. Het grootste bassin van Nausicaá heeft zo maar even een inhoud van 10 miljoen liter water (of het equivalent van 4 olympische zwembaden! En ook achter de schermen trok ik grote ogen.
Ik was oprecht onder de indruk van hoe groot alles daar is. Al die jaren had ik me achter aquaria moeten wringen om de dieren eten te geven en de aquaria te onderhouden en hier in Nausicaa was het achter de schermen even luxueus als ervoor. Ik neem jullie graag even mee naar het grootste aquarium van Europa!
Grootste aquarium van Europa
Nausicaa heeft kweekprogramma’s voor zo’n 200 soorten. Bijna alle vissen die ze er hebben zijn in gevangenschap gekweekt. Het is hun streefdoel ervoor te zorgen dat er geen vissen meer in de vrije natuur gevangen moeten worden om verkocht te worden voor aquaria. In 2018 kweekten ze ook 22.000 stukken koraal.
Kwallen
Ook kwallen krijgen er alle ruimte om zich te vermenigvuldigen. Kwallen zijn bijzondere dieren. De meeste kwallen zijn tweeslachtig. Ook de voortplanting van de kwallen zit bijzonder in elkaar. Ze leggen eitjes die bevrucht worden. Hieruit komen larves voort die eerst poliepen worden en uiteindelijk uitgroeien tot kwallen. Als een kwal zijn voortplantingscellen heeft gelost, sterft de kwal.
Tandbaars
In een ander aquarium zat een tandbaars van ruim een meter groot. Deze ‘mérou’ kwam uit het aquarium van Luik maar daar hadden ze er geen plaats meer voor.
Malpelo aquarium
Nausicaa koos voor zijn grootste aquarium voor de bijzondere biotoop van het eiland Malpelo in Colombia. Rond dit eiland is veel stroming wat veel leven met zich meebrengt. Rond het eiland zijn dieptes tot 4000 meter te vinden.
Blikvangers in het grote aquarium zijn enkele rifhaaien, vele honderden tropische vissen zoals pompano’s en roggen. De grootste rog is een (jonge) Manta-rog. De spanwijdte van deze rog is momenteel zo’n 2 meter maar kan tot 8 meter worden. Het aquarium moest ook zo groot zijn omdat het de bedoeling is dat ze met deze soort gaan kweken.
Minpuntje wel: ze hebben deze rog gevangen in de vrije natuur omdat er momenteel nog niet mee gekweekt wordt. De tweede rog bleek ziek bij aankomst en is overleden. Ze hopen snel een nieuwe, tweede rog te hebben. Als duiker had ik het geluk al een paar keer Manta’s te zien in hun natuurlijke habitat. Mijn hart bloedde dan ook een beetje als ik deze Manta zag. Aan de andere kant kunnen ze, dankzij deze rog in gevangenschap, de soort beter bestuderen en heel wat ontdekken over de biotoop in zijn geheel.
Diner with a view
De avond eindigde met een diner. Ooit had ik al eens overnacht ‘in de haaientunnel’ en zwommen de visjes boven me. Zo’n diner met zicht op het grote aquarium heeft ook wel iets. We hadden Nausicaa helemaal voor ons alleen. Met de rustgevende muziek op de achtergrond waren we meteen helemaal zen.
Achter de schermen
Met mijn achtergrond als aquariste was ik misschien wel het meest benieuwd naar het ‘achter de schermen’-gedeelte. Indrukwekkend! Er is minstens evenveel, zo niet meer geïnvesteerd in de infrastructuur achter de schermen als voor de bezoekersbeleving. Het is misschien wat technisch maar zo zie je dat er meer bij komt kijken dan je op het eerste zicht zou denken.
Voederplatform voor haaien en roggen
Het grote bassin heeft verschillende voederspots zodat ze de haaien en manta’s apart kunnen voederen en de dieren beter in de gaten kunnen houden. Dit is ook handig als ze vitamines en eventuele medicatie moeten geven. Ze leren de kleine mantaroggen zelfs aan om in de rij te staan om gevoederd te worden.
De grote manta trainen ze met een target zodat ze hem uiteindelijk tot op de stretcher kunnen krijgen om onderzoeken te kunnen doen. Van haaien is al veel geweten, van mantaroggen niet. Er komt zelfs een buitenlandse marien bioloog 2 maand onderzoek doen in Nausicaa om het zelfbewustzijn van de manta te bestuderen.
Maanlicht
Nausicaa hecht veel belang aan het nabootsen van de natuurlijke omgeving. Dit is van groot belang voor hun kweekprogramma’s. Boven de aquaria zijn LED-lampen gemonteerd die het natuurlijk daglicht en maanlicht nabootsen. Maanlicht triggert namelijk het paargedrag. Onmisbaar als je wil kweken.
Het zeecentrum stelt alles in het werk om zo milieuvriendelijk mogelijk te werk te gaan. Ze hebben 3 tot 8 keer minder verbruik dan andere aquaria. Ook op andere vlakken doen ze inspanningen. In het restaurant is alles composteerbaar. Composteerbaar materiaal gebruiken is een ding, maar als het achteraf gewoon in de vuilnisbak belandt haalt het niet zoveel uit. Daarom laat Nausicaa alles door bedrijf in Calais composteren. Een deel zal als bemesting gebruikt worden, een ander deel om om te zetten in elektriciteit.
Plant room
Toen ze destijds tijdens mijn eerste dag als jobstudent bezig waren over de plant room, dacht ik dat dit een ruimte was waar de plantjes stonden, haha. Bleek het eigenlijk de machinekamer te zijn. Wel die plant room in Nausicaa is enorm indrukwekkend. Boven het grote aquarium is trouwens een soort hefkraan gemonteerd om het transport van de vissen en eventuele werkmaterialen te vergemakkelijken.
Wie thuis een zwembad of een klein aquarium heeft, weet dat er wel wat werk is om het water proper te houden. In Nausicaa houden ze het water zuiver met onder andere een mechanische en een biologische filter. De gefilterde micro-organismes worden dan in andere aquaria gebruikt als voedsel. Verder hebben ze ook een osmose skimmer, zandfilters en UV-lampen.
Food prep
Het eten voor de vissen wordt in een speciale keuken voorbereid. Van zodra de deur openzwaaide, ook van de quarantaineruimtes, kwam de geur me bekend voor. Neen, geen visgeur zoals je misschien vermoedt maar een mengeling van schoonmaakproducten en vitaminepreparaten. De keuken wordt elke dag van boven tot onder geschrobd. Aan de muur hingen alle checklists die de medewerkers dagelijks moeten afwerken en de menu’s voor de verschillende dieren. Tegen de muur stond een medicijnenbakje waar medicatie en vitamines per vis verdeeld worden.
De titel is een beetje misleidend want die Champs Elysées heb ik deze keer niet gezien. Na een paar business trips was er eindelijk tijd voor een privé citytrip. Dankzij haar kreeg ik de kans om iDBUS te testen. Omdat ze heel benieuwd is naar ons wedervaren en omdat ik jou de foto’s niet wil onthouden, hierbij een reisverslagje van een kort weekendje Parijs.
iDBUS
Deze nieuwe busmaatschappij is ideaal voor reizigers die rekening moeten houden met een beperkt budget maar toch wat meer luxe willen dan met de gekende Eurolines-bussen. Ik reisde enkele jaren geleden naar Hamburg met Eurolines en er was een merkbaar verschil in publiek. Natuurlijk is reizen met de Thalys sneller, zeker als je zoals wij uit Oostende vertrekt, maar Thalys is ook een stuk duurder. Eerlijk gezegd, de volgende keer wint comfort het van budget en ga ik met de Thalys. Nu, als je vanuit Brussel kan vertrekken en het steekt op geen uur (of twee) dan kan je evengoed met de iDBUS gaan. De bus was comfortabel. Er was voldoende beenruimte. Maar met mijn 162 cm ben ik wellicht geen goede referentie. De zetels kunnen zowel achterover als meer naar de middengang verplaatst worden. De beloofde WiFi lukt helaas niet met mijn iPad. Op mijn smartphone lukte het wel maar de snelheid was net te traag om er ook echt gebruik van te maken.
In Paris
Voor het transport in Parijs had ik een carnet gekocht. Da’s een boekje met 10 metroticketjes. Ons hotel lag centraal in de stad dus we hadden niet veel metro nodig. Bovendien verkies ik om een stad te voet te verkennen. Je ontdekt meer van de stad en ik ben geen fan van ondergrondse metrogangen. Uiteindelijk hadden we maar 6 van de 10 metroticketjes nodig maar ze blijven onbeperkt geldig.
Hotel
We sliepen in Hotel Monpensier. Ik had dit hotel gevonden via Booking.com. Een naar Parijse normen gemiddelde prijs en goede reviews. Nu ben ik de laatste tijd misschien verwend geweest als het om hotels gaat, of de mensen die een review schreven sliepen niet in hetzelfde (deel van het) hotel maar mijn review zou minder positief zijn. Ik vond het vuil en gedateerd. De badkamer was netjes en het personeel vriendelijk maar voor die prijs had ik andere verwachtingen. Zelfs in hartje Parijs.
Hoewel we al gehoord hadden dat dit beroemde kerkhof eigenlijk niet veel voorstelde, wilden we het toch graag even bezoeken. Heel wat beroemdheden liggen hier begraven. Wel, het is er zo’n doolhof dat we er geen enkele vonden. Het ligt ook helemaal buiten het centrum maar de metro stopt vlak voor één van de ingangen.
Mandela
Na wat shoppen (geen stofjes, wel een superwarme pyama van Uniqlo én een noodzakelijke stop bij de apotheker wegens een ontstoken teen) wandelden we langs de Seine en het verlichte Louvre naar het Stadhuis. We hadden op gelezen dat er een tribute voor Mandela zou zijn. De uitwerking was nogal triestig. Herken jij de beeltenis van Mandela op de gevel?
Deze foto wilde ik jullie ook niet onthouden. Verkeerschaos bij Lafayette. Nog nooit gezien. Zelfs in Manilla was het niet zo erg. Benieuwd hoe lang het geduurd heeft eer de knoop ontward was. Wij zijn in elk geval niet blijven staan.
Foto hieronder: geen bezoekje aan Parijs zonder de Eifeltoren te zien. Ook al was het dan helemaal in de verte.
Louvre
Zondag was Louvre-dag. We waren er allebei nog nooit geweest. En een mens moet de Mona Lisa toch eens zien hé? En de Venus van Milo. In ongeveer 6 uur zagen we de meeste meesterwerken en kregen we een overdosis cultuur. Meer dan genoeg voor ons maar ik kan me inbeelden dat cultuurliefhebbers er gerust een week kunnen ronddolen.
Trouwens, de eerste zondag van de maand is het Louvre gratis toegankelijk. Ik vermoed dat het dan wel een pak drukker is. Voor wij terug richting Brussel reisden, genoten we nog een beetje van de zon in de tuinen van de Tuileriën.
Op de eerste zondag van de maand en voor -25-jarigen zijn de meeste musea gratis. Dit geldt niet alleen voor Parijs maar voor heel Frankrijk. Op dinsdag zijn de musea dan weer dicht.
Veel museabezoeken op het programma? Dan is een City Pass een goede koop. Het is niet alleen een kortingsboekje, je kan ook gratis musea bezoeken én je hoeft niet aan te schuiven.
Geen museumbezoeker? Dan ben je beter af met een Carte Orange voor het openbaar vervoer.
Liever een taxi ipv het openbaar vervoer? Vermijd commissie en stop zelf een taxi op straat.
Wanneer bezoek je Parijs het best? De zomermaanden zijn er erg kalm. De Parisiens ontvluchten de stad dan zelf en trekken naar hun buitenverblijven. Juni, september en oktober zijn dan weer erg drukke maanden.
Nog een uitsmijter: dat meisje in dat oranje kleedje lijkt zo hard op mijn zus, in haar jonge jaren.
Deze site maakt gebruik van cookies. Als je deze site gebruikt, ga je hiermee akkoord. OKRejectMeer info
Privacy & Cookies Policy
Privacy Overview
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.