“Ik moest kloppen want de bel doet het niet”. Het was destijds bij Samson & Gert het meest gehoorde zinnetje. Als ik bezoek verwacht, stuur ik hen dat zinnetje “Kloppen want de bel doet het niet.” steevast door in een berichtje, vlak voor ze aan mijn deur verschijnen. Ik herinner het me nog goed, dat moment tijdens de verbouwingen waarop ik twijfelde om die elektriciteitskabel in de gang toch maar weg te doen. De vorige eigenaars hadden de kabel wat slordig in de gang opgehangen. Het leek me makkelijker om de kabel weg te halen dan de kabel netjes weg te werken. Een draadloze deurbel zou het wel oplossen. Eén knip en de kabel verdween.
De draadloze deurbel was in geen tijd geïnstalleerd en werkte perfect.
Op een blauwe maandag hoorde ik mijn deurbel en dus haastte ik me nieuwsgierig naar de voordeur. Daar was niemand te zien. Een paar huizen verder wel maar mijn frank viel toen nog niet. Hetzelfde scenario viel nog een paar keer voor. Het leek wel belletjetrek. Wat bleek? Een paar huizen verder hadden ze dezelfde draadloze deurbel. Ik verzette de frequentie van mijn deurbel en het probleem leek opgelost. Je vraagt je nu waarschijnlijk af waarom ik iedereen toch laat weten ‘dat ze moeten kloppen want de bel doet het niet’? In zo’n draadloze bel zit een batterijtje. Een batterijtje dat snel leeg geraakt. Net zoals met veel kleine klusjes is het vervangen van die batterij iets wat blijft liggen. In mijn geval al een jaar of twee. Dus ja, Gert, ik snap nu eindelijk hoe het komt dat jij jouw deurbel nooit liet repareren. Met kloppen op de deur lukt het ook.
Deze column is gebaseerd op een eerder verschenen column in Deze Week, editie Middenkust. Meer columns van mijn hand lezen? Je kan de laatste columns online terugvinden.
Geef een reactie